De herfst brengt allerlei “dingen”. Er liggen kastanjes, bolsters, bladeren, stenen en nog veel meer in de kring. Ook staan er dozen groot en klein. Groep 3 oefent in gecombineerde waarnemingen ; luisteren , kijken , voelen en de conclusie’s die we uit deze waarnemingen kunnen trekken. Over niets en iets en hoe je dat zeker kan weten.
Ik vertel het verhaal van “het mooiste kado” waarin de ene vriend niets stopt in een doos, omdat deze vriend alles al heeft. Hij geeft hem “niets” kado. Mooi in een kado-doos verpakt, met een strik. Kan dat?
Kan je ook niets kado geven?
“Als je geen geld hebt om iets te kopen kan je ook niets geven. Nee, dat kan niet. Je kan ook iets anders er in doen een boek of zo. –Maar is het dan iets? Nee, dan is het toch iets. “
Wat zit er in deze doos?
G. mag de doos pakken uit de kring, ze heeft hem op haar schoot. J. mag de doos niet openmaken of bewegen. De anderen kinderen denken na over “wat zit er in die doos?.”
“Nee, er zit wel iets in, het is brood, een knuffelhond, een teddybeer, want dat vinden honden leuk. Spijkers , denk ik Nog zo’n poppetje, een hondje, een tekening. Er zit een kokosnoot in die doos. bananen. 10 bananen. Een kind neemt de doos op schoot, met de deksel er op. Nee, dat is te licht , dus niet zwaar. Het is rond, want het rolt ook. Hoeveel? -De doos schuift door naar de volgende waarnemer- Het zijn blokken.Blokken om mee te spelen. ,”
” Ik weet het niet, ik denk wel dt er iets inzit, maar ik weet het niet. A. mag K. een vraag stellen. “Schud eens aan de doos?”
De kinderen horen iets en denken na. Om de beurt wijzen kinderen dingen aan die in de kring liggen;
“Er zit een kastanje in, nee een bolster. Een fles water. Het klinkt als water. Dat klinkt zo; A. wrijft in zijn handen.”
“Het klinkt prikkelig. Het is een stekelkastanje.”
Wat zit er in die andere doos?
“Niets, omdat ik niets hoor.”



De berg bladeren waait weer door de tuin , van Kikker en van Pad. Als ze thuiskomen denken ze allebei “morgen ga ik mijn eigen tuin harken”







Hij zag dezelfde.Hij ziet wel een eend.
allemaal een oranje snavel.”



Wie is slimmer het varken of de beer?
Er ligt een blauwe lap in het midden van de kring, de kleuters die binnenkomen vragen wat het is. “waarom ligt het daar?..Het verhaal begint met een ongeduldige moedereend. Haar eitjes komen een voor een uit. Het zijn zachte, gele, piepende kuikentjes. De kleuters voelden aan de zachte moedereend, het zakje met donzige veertjes. Een groot ei blijft gesloten. Het duurt lang en dan gaat het open. Moeder een kijkt …en wat zie ze, wat komt er uit dat ei???





