
KONICA MINOLTA DIGITAL CAMERA
Zeer Korte Filosofieles (ZKF) Met groep 5 aan de hand van een foto. Een kind heeft het voorzitterschap van de groep.
Kan je bestaan als je alleen ogen hebt?
“Dat kan niet want je hebt ook hersenen nodig. En een hart anders kan je niet leven. Als je geen mond heb , krijg je geen zuurstof. Zonder hart kan je niet leven. Dat kan niet allemaal in je ogen zitten.Het kan wel maar dan ben je een ander wezen, dan ben je geen mens”
Met groep 5 een
Z
Z
Als je helemaal in het water staat zie je dat niet.”

Degene die hetzelfde zijn die spelen fijner. Als ze verschillend zijn kunnen ze ook wel met elkaar spelen maar dat is minder leuk.”
In de groepen 4 en 5 krijgen de kinderen om de beurt van mij een kaart waarop ik iets schrijf voor hun, als moment van persoonlijke aandacht. In de loop van het schooljaar heeft dat zich ontwikkeld tot een kaart met (filosofische) vragen erop om over te denken. De laatste lessen laat ik de kinderen de voorzittersrol vervullen in de kring aan de hand van de kaart met vragen. Gisteren had ik een kaart met een mangameisje erop en de volgende vragen. 
Of er nu een God is of niet het gaat altijd precies hetzelfde. Een meisje krijgt de kleur van haar moeder en een jongen die van zijn vader. Heeft iedereen altijd gekleurde ogen? Je wordt met de kleur ogen van de toekomst geboren. Wat als de hele familie groene ogen heeft en jij als enige blauw? Wat dan? Ja dan kan als je ouders gescheiden zijn of zo. Maar je moet altijd een kleur ogen hebben.”

Wie is het eerste bij Oma; de wolf of Roodkapje?


Met de kleuters nadenken over stevige huisjes, materialen, uitstellen van behoefte, Samenwerken en samenleven, wegwerken van ongemak en bedreiging en bezwering van “het kwaad”. Wat eet jij eigenlijk en hoe werkt het?
Ik leg een bos stro, takjes drie biggetjes een wolf en wat blokken in de kring en ik heb een koffertje meegenomen met diverse bouwmaterialen. De kleuters komen binnen en gaan zitten in de kring. Zoals altijd worden ze nieuwsgierig. Het stro vinden ze heel spannend.
Wat gebeurt er met de Wolf?
Als de biggetjes de wolf hebben gegeten waar is de wolf dan?
Mijn koffertje met materialen gaat open en ik vraag de kinderen of je er een huisje mee kan bouwen.
Met groep 4 en 5 filosoferen we over kijken, eten en proeven, over ” hoort zegt het voort en via via” en over niet kunnen stoppen.

